Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de maximum uurprijzen en de vergoedingspercentages voor de kinderopvangtoeslag in 2025 vastgesteld. Veel werkende ouders zijn volgend jaar minder geld kwijt aan kinderopvang. Dit komt doordat het kabinet 429 miljoen euro uittrekt voor het verhogen van de kinderopvangtoeslag. De extra investering is een eerste stap richting een nieuw financieringsstelsel, voorzien vanaf 2027.
Komend jaar krijgen gezinnen met een inkomen tussen ongeveer € 29.400 en € 159.200 een groter deel van de kosten voor kinderopvang vergoed. Als voorbeeld: een gezin met één kind op de opvang en een gezamenlijk inkomen van € 45.000 krijgt nu 87,3% van de kosten tot de maximum uurprijs terug. In 2025 krijgen zij 96,0% van de kosten tot de maximum uurprijs vergoed.
In 2025 worden ook de maximum uurprijzen en de toetsingsinkomens geïndexeerd. Door de maximum uurprijzen iets lager te indexeren (met € 0,04) wordt het mogelijk de toegankelijkheid en kwaliteit van de kinderopvang verder te vergroten.
Het bedrag dat de overheid vergoedt, hangt af van het inkomen van de ouders, het aantal kinderen en de soort opvang. In 2025 zijn de maximale uurprijzen als volgt.
Dagopvang: € 10,71
Buitenschoolse opvang: € 9,52
Gastouderopvang: € 8,10
Kinderopvangorganisaties en gastouders zijn vrij om hun eigen uurtarief te bepalen. De overheid biedt een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang tot aan de maximum uurprijs. Het verschil tussen het uurtarief en de maximum uurprijs wordt door de ouders zelf betaald.